Sosnowsky’s Berenklauw

De berenklauw heeft nogal wat familieleden: een stuk of vijftig soorten bewonen de aarde. Er zijn per soort wel wat kleine verschillen aan te wijzen (anders zou het immers geen aparte soort zijn), maar de meeste berenklauwen vertonen zo veel familiegelijkenissen dat het nauwelijks nut heeft ze apart te benoemen.

Sosnowsky’s berenklauw (Heracleum sosnowskyi) vernoemt de Russische botanicus Dmitry Sosnovsky die de plant in 1772 ontdekte. Deze berenklauw was oorspronkelijk inheems op de Kaukasus, het bergachtige gebied op de grenzen van Turkije, Iran en die lappendeken van onrustige landen, die ontstaan is nadat de Sovjet Unie uit elkaar is gevallen. Deze berenklauw kan een hoogte van vijf meter bereiken, de stengel (of stam) kan wel een doorsnede van wel 12 centimeter hebben. Sosnowsky’s berenklauw produceert in het najaar honderdduizenden zaden, die door wind en regenwater worden verspreid.

Zoals te verwachten zit ook de variant weer boordevol furanocoumarines en zelfs de kleinste druppel gif kan bij de mens al blaren en fotosensitiviteit veroorzaken. Het is zelfs zo erg dat men adviseert om bij het snoeien en verwijderen van deze lastpak beschermende kleding, handschoenen en zelfs een gezichtsmaker te dragen.
Ooit leek Sosnowsky’s berenklauw voor dieren minder gevaarlijk te zijn: zij hebben vaak een vacht die de huid tegen direct zonlicht beschermt. Dat directe zonlicht is immers het probleem, want de huid kan na blootstelling geen zonlicht meer verdragen. Tegenwoordig weet men beter, want ook deze berenklauw veroorzaakt, onder andere, bij vee interne bloedingen en diarree[1].

Omdat Sosnowsky’s berenklauw zulke enorme afmetingen kan bereiken, dacht men ooit dat het uitstekend veevoer zou kunnen opleveren. Daarom hebben de autoriteiten van de voormalige Sovjet Unie het een goed idee gevonden om Sosnowsky’s berenklauw aan te planten in landen als de Baltische Staten (Estland, Letland en Litouwen), Wit-Rusland, Polen en de Oekraïne. Zoals iedereen met een beetje inzicht kon verwachten is het probleem in die landen ondertussen volledig uit de hand gelopen. Vele rivieroevers en wegkanten zijn overwoekerd door ondoordringbare bosschages met Sosnowsky’s berenklauw. Uitroeien blijkt niet eenvoudig omdat de zaden jarenlang hun kiemkracht behouden. De gifspuit kan tijdelijk soelaas bieden, maar de plant zal het volgende seizoen vaak weer vanuit de wortels opschieten.

[1] Jakubowicz et al: Heracleum Sosnowskyi Manden in Annals of Agricultural and Anvironmental Medicine - 2012

Geen opmerkingen:

Een reactie posten